Waarom is de rijschoolbranche niet betrokken bij de herziening van de beginnersregeling?
De verkeersveiligheid van beginnende bestuurders staat al jaren hoog op de agenda. De overheid heeft met verschillende partijen nagedacht over verbeteringen in de beginnersregeling, zoals het invoeren van nieuwe interventies en snellere handhaving bij overtredingen. Opvallend is echter dat de rijschoolbranche en de Koepel Rijopleiding & Verkeerseducatie (KRV) niet als betrokken partijen worden genoemd. Dit roept de vraag op: waarom worden de professionals die zich dagelijks bezighouden met het opleiden van nieuwe bestuurders niet actief betrokken bij deze hervormingen?
Een ingrijpende maatregel zonder de opleiders
Uit de beschikbare informatie blijkt dat bij de verkenning naar verbeteringen van de beginnersregeling diverse stakeholders betrokken zijn, waaronder het CBR, RDW, TeamAlert, het ministerie van Justitie en Veiligheid, en het Openbaar Ministerie. De rijscholen en hun brancheorganisaties ontbreken echter in dit rijtje. Dit is opmerkelijk, aangezien rijinstructeurs degenen zijn die beginnende bestuurders voorbereiden op veilig rijgedrag en in de praktijk zien waar knelpunten in de opleiding liggen.
Daarnaast wordt in het programma Van rijles naar rijonderwijs, zoals vermeld in de Kamerbrief van 28 mei 2024, gewerkt aan een hervorming van de rijopleiding. Hier wordt onder andere een Nationaal Leerplan Rijopleiding B ontwikkeld, met een striktere toetsing en monitoring van rijvaardigheid. Dit toont aan dat er volop aandacht is voor de kwaliteit van de rijopleiding. Maar als verkeersveiligheid en betere voorbereiding van beginnende bestuurders het doel zijn, waarom wordt er dan geen brug geslagen tussen deze initiatieven en de herziening van de beginnersregeling?
De meerwaarde van de rijschoolbranche
Rijinstructeurs hebben een cruciale rol in het voorkomen van risicovol gedrag op de weg. Zij zijn niet alleen opleiders, maar ook de eerste professionals die kunnen signaleren of een leerling moeite heeft met verantwoord rijgedrag. In andere landen wordt de rijopleiding geïntegreerd met begeleid rijden en post-rijbewijs trainingen, vaak met inspraak van de rijschoolbranche. In Nederland lijkt de focus echter vooral te liggen op repressieve maatregelen achteraf, in plaats van preventieve verbeteringen binnen de rijopleiding zelf.
Door de rijschoolbranche te betrekken bij de evaluatie en doorontwikkeling van de beginnersregeling, kan waardevolle expertise worden toegevoegd. Instructeurs hebben inzicht in de uitdagingen waarmee jonge bestuurders te maken krijgen en kunnen praktijkgerichte oplossingen aandragen, bijvoorbeeld door structureel begeleid rijden of verplichte rijvaardigheidstoetsen na het behalen van het rijbewijs.
Conclusie: gemiste kans of bewust beleid?
De afwezigheid van de rijschoolbranche en de KRV bij de herziening van de beginnersregeling roept vragen op. Is dit een bewuste keuze, omdat men de invloed van de rijschoolbranche beperkt wil houden? Of is het een gemiste kans door een te beperkte blik op verkeersveiligheid?
Wat de reden ook is, het zou logisch zijn om rijopleiders en brancheorganisaties een stem te geven in dit proces. Zij zijn immers de sleutel tot een goed voorbereide beginnende bestuurder. Verkeersveiligheid begint niet pas bij de eerste boete of een opgelegd onderzoek naar rijvaardigheid, maar bij een degelijke rijopleiding die voorkomt dat beginnende bestuurders in gevaarlijke situaties terechtkomen.