In 2021 heeft de heer Roemer, op verzoek van het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat (IenW), het advies ‘Van rijles naar rijonderwijs’ opgesteld. Dit advies kwam voort uit de aanhoudende problemen binnen de rijschoolbranche. Ondanks dat er veel goed gaat in deze sector, zijn er toch regelmatig misstanden zoals misleiding van consumenten, oneerlijke concurrentie, en examenfraude. Dit artikel bespreekt de kernpunten van het advies, de voorgestelde maatregelen, en de verwachte effecten op de rijschoolbranche.
Aanleiding voor het advies
De aanleiding voor het advies was de vaststelling dat de huidige prikkels en bedrijfsmodellen binnen de rijschoolbranche niet gericht zijn op goed onderwijs, maar eerder op omzetmaximalisatie. Dit resulteerde in een lage kwaliteit van rijonderwijs, hoge kosten voor consumenten door extra lessen en herexamens, en uiteindelijk een onvoldoende fundament voor verkeersveiligheid.
Kern van het nieuwe stelsel
Het advies ‘Van rijles naar rijonderwijs’ heeft als doel de kwaliteit van het rijonderwijs te verbeteren, de slagingskans te verhogen, consumenten te beschermen en de verkeersveiligheid te verbeteren. Hieronder worden de belangrijkste onderdelen van het advies besproken.
1. Kwaliteit van het rijonderwijs
Er wordt een nationaal leerplan voorgesteld, ontwikkeld door Royal HaskoningDHV in samenwerking met de rijschoolbranche, het CBR en IBKI. Dit leerplan biedt een gestructureerde en gefaseerde rijopleiding, waarbij zowel basisvaardigheden als hogere orde vaardigheden worden aangeleerd. Het leerplan stelt leerdoelen op hoofdlijnen, zodat rijscholen en instructeurs naar eigen inzicht en naar de behoefte van de leerling invulling kunnen geven. Dit zorgt voor duidelijkheid over de vaardigheden die geleerd moeten worden en de toetsing die plaatsvindt.
2. Kwaliteit van het rijexamen
Het CBR heeft de opdracht gekregen om het examenprogramma en de wijze van toetsing aan te passen, zodat deze aansluiten bij het leerplan. Er wordt gestreefd naar een meer competentiegerichte wijze van beoordeling en modulair/ontwikkelingsgerichte examens. Hoewel het aantal verplichte examens voorlopig niet wordt verhoogd, wordt het nut van meerdere toetsmomenten onderzocht.
3. Kwaliteit van rijinstructeurs
Er worden strengere eisen gesteld aan de opleiding en bevoegdheid van rijinstructeurs. Een opleiding tot rijinstructeur wordt verplicht, en de instructeurs moeten succesvol examen afleggen bij IBKI. Daarnaast wordt de vakbekwaamheid van instructeurs periodiek getoetst, en slecht presterende instructeurs kunnen hun bevoegdheid verliezen. IBKI krijgt de bevoegdheid om toezicht te houden op het functioneren van rijinstructeurs.
Gevolgen van het nieuwe stelsel
De implementatie van het nieuwe stelsel vraagt om wijzigingen in wet- en regelgeving, en brengt financiële consequenties met zich mee. De transitie naar een ontwikkelingsgerichte opleiding en beoordeling kost tijd en zal gefaseerd plaatsvinden. Het ministerie zet in op voorlichting, bijscholing van instructeurs en het uitvoeren van pilots om de sector voor te bereiden op de aanstaande veranderingen.
Conclusie
Met de beschreven stappen geeft het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat opvolging aan de aanbevelingen van het advies Roemer om de kwaliteit van de rijschoolbranche structureel te verbeteren en de verkeersveiligheid te verhogen. De Kamer zal periodiek worden geïnformeerd over de voortgang van de kwaliteitsverbetering in de rijschoolbranche.
Bijlage
Klik hier voor de volledige brief van de minister van Infrastructuur en Waterstaat voor verdere details en specificaties van de voorgestelde maatregelen.